Varanasi: Een bijzondere stad

De ochtend na al dat moois in Agra sta ik op het perron van Varanasi. De meest heilige stad voor Hindoes. ‘It’s a crazy town, but on a good way’ had Australiër James mij de dag ervoor nog op Facebook verteld. Ik was klaar om het allemaal te ondergaan. ‘Hotel Shanti’ zeg ik tegen de rickshaw bestuurder. De oude stad is zo nauw dat zelfs een rickshaw er niet doorheen kan. Ik moet het laatste stuk dus lopen. Het is een labyrint en ik ben blij dat de rickshaw bestuurder mij bij het hotel af zet om zijn commissie te ontvangen, zelf had ik dit nooit gevonden.

Voor Hindoes is dit de plek om dood te gaan. Hier sterven zorgt namelijk voor de bevrijding van de cirkel van het leven (Moksha). Als ik vijf minuten buiten het hotel sta om shampoo te kopen zie ik al twee lijken voorbij gaan die door de kastlozen naar de crematie ghat worden gebracht waar ze worden gecremeerd. De crematie ghat is vlakbij het hotel en werd mijn oriëntatiepunt. Als ik verdwaald was vroeg ik ernaar of volgde ik de lijken die voorbij kwamen.

Het verbranden van lijken gaat 24 uur door en gebeurt in alle openheid. Ik heb er ook even bij gezeten om te kijken. Hoewel men vraagt geen foto’s te nemen, ben je verder van harte welkom. Ik zag meestal gewoon een vuur branden, maar hoorde van meerdere mensen dat ze een arm of been uit het vuur zagen uitsteken. Engelsman Allen had helemaal een bizarre ervaring. Hij zag een lichaam rechtop het vuur zitten en toen de werknemers met stokken probeerden het lijk in het midden te houden brak het in tweeën!

Bij de crematie ghat is er ook vaak iemand te vinden die je graag wil vertellen hoe alles werkt en welke rituelen er spelen. Het lichaam wordt eerst thuis gewassen en daarna in een speciale lijkwade gestopt. De kastlozen dragen het lijk dan naar de crematie ghat. Hier wordt het lijk nog 1 keer in de Ganges gewassen alvorens het op een stapel hout wordt gelegd. Dit hout kan van verschillende soorten zijn. Sandelwood is het beste en duurste. Vrouwen zijn niet aanwezig bij de crematie. Zij zijn zwak en kunnen gaan huilen en als ze huilen is alles voor niets geweest en zal de ziel geen Moksha krijgen. Er zijn ook een aantal mensen die niet mogen worden verbrand: heiligen, kinderen onder de tien, zwangere vrouwen, lepra lijders en mensen die stierven door een cobra beet. Zij worden met een steen om hun heen gebonden in de Ganges gegooid.

Als ik de volgende ochtend om zes uur een boottocht maak op de Ganges waarschuwt de roeier ons dat deze touwen wel eens los kunnen gaan en dat die lijken dan naar boven komen drijven. We zouden dus een lijk voorbij zien kunnen drijven. Deze lijken spoelen meestal aan de andere kant van de Ganges aan waar ze door honden en gieren worden opgegeten. Gelukkig zie ik geen lijk voorbij drijven. Ik zie vooral mensen die zich in de Ganges wassen. Want het wassen in de Ganges wast een heel leven aan zonden weg, zo geloven de hindoes. Ik zie ook velen het water van de Ganges drinken! De sfeer op de rivier is zo vroeg op de ochtend magisch. Langzaam ontwaakt hier een heilige stad. Waar mensen zich niet wassen worden kleren gewassen of vissen jongetjes met een magneet naar muntjes. En dan zie ik zelfs een dolfijn in de rivier voorbij zwemmen.

Het leven in Varanasi speelt zich af rond de ghats en is het meest interessant rond zonsopgang en de zonsondergang. De rest van de dag vermaak ik mij op het dakterras van Hotel Shanti. Vanaf het dakterras kijk ik over de Ganges de Varanasi heen. Ik zie de apen over de daken struinen en jongetjes houden hun vlieger op diezelfde daken omhoog terwijl oudere mannen naar de duiven schreeuwen. Ondertussen verwijder ik het virus van mijn computer en probeer ik het romantische boek ‘Dood in de tijd van Cholera’ uit te lezen. Maar het is een tevergeefse poging want ik ontmoet te veel leuke mensen op het dakterras. Ik blijf daardoor ook in de goede stemming de ik daarvoor al had en krijg alleen maar meer energie van de mensen die k hier ontmoet. De behoeft om Rici te spreken is minder sterk aanwezig. In Agra had ik haar voor het laatst gesproken en hoewel ik de sfeer weer wat luchtiger was aan het einde van het gesprek realiseerde ik me ook dat er iets miste.

Rici vertelde nog dat ze volgend jaar niet meer van plan was een gapyear te nemen tussen haar bachelor en master. Ze wilde zich meer gaan settelen in Hannover en daarna wellicht een semester in de VS of Canada studeren. Daarbij wilde ze in haar semesterbreak een roadtrip van de oostkust naar de westkust maken. Maar ze had geen idee met wie. Direct na het gesprek had ik haar een bericht gestuurd met het nummer I’m your man van Leonard Cohen. In de mail had ik enkel deze woorden gezet: If you need a driver, climb inside, i’ll drive you anywhere you want me to. Im your man.

 

Op mijn laatste avond in Varanasi en India check ik mijn mail en krijg ik een antwoord van Rici: Wees voorzichtig met wat je  belooft, ik zou het ooit kunnen gebruiken. Deze woorden brachten weer wat tot leven en er verscheen een grote glimlach op mijn gezicht. Er is weer iets. Wellicht is het voor nu beter om het daar bij te laten. In plaats van weer te hard van stapel te lopen. Ik ga morgen naar Nepal en zal daar ook voldoende andere dingen hebben om mij op te focussen.

Terwijl de stroom weer eens uitvalt loop ik in het pikkedonker naar de Ganges. Ik luister naar Her van Eels en het laat me vrij onberoerd, ik lach maar hoef niet te huilen. Wellicht is het beter om het nummer van mijn mp3 speler te halen. Het is tijd om verder te gaan. Op naar het volgende hoofdstuk. Morgen vertrek ik naar Nepal. Aan de Ganges word mijn rust verstoord als een meisje mij vraagt of ik een kaarsje wil kopen. Omdat ze natuurlijk weer eens ‘No change’ had koop ik twee kaarsen ‘for luck’. Eentje voor mij en eentje voor Rici. Waar en hoe dat ook moge zijn.

 

Ik laat de Ganges achter mij en heb nog een hele gezellige laatste avond op het dakterras van Hotel Shanti. De volgende ochtend vertrek ik vroeg in de ochtend in het gezelschap van Duitser Chris en Engelse Larisa in een jeep richting de Nepalese grens. Als we bij een wegblokkade moeten wachten luister ik naar The Sonics en voel ik een enorme energie. Ik heb mijn eigen silent disco op de straat. Alle aandacht laat me koud, ik voel me goed en ik leef. Rond zeven uur krijg ik mijn exit stempel op mijn Indische visa e een paar minuten later een nieuw Nepalees visa in mijn Paspoort.

 

Ik hoop dat ik de andere foto’s nog eens kan uploaden, de verbinding is hier in patihani niet zo snel…
Img_6812Img_6826Img_6856Img_6893Img_6831

Over hleutscher

Hallo. Ik ben Henk Leutscher, geboren in 1984. Voorheen Wereldreiziger en daarvoor een tijdje leraar geschiedenis. Sinds januari 2012 weer inwoner van Leeuwarden.
Dit bericht werd geplaatst in Onderweg. Bookmark de permalink .

Plaats een reactie